Transitie training triathlon LbnK 23 maart 2014

Zondag 23 maart was het zo ver. De triatleten van de LbnK hadden vandaag gekozen voor een overgangstraining. Het doel was om te leren de transitie te maken tussen zwemmen en fietsen en daarna fietsen en lopen.

De berichten voorafgaand aan de zondag waren alles behalve veelbelovend. Het zou heel hard gaan regenen en de temperatuur werd ingeschat tussen de 8 en 12 graden Celcius. Best fris dus.
Een ander bericht wat bijna de pret ging verstoren was dat het naast het zwembad gelegen politiebureau verzamelpunt was voor vijftienhonderd politievoertuigen in verband met de NSS op 24 en 25 maart a.s. Er zou een grote drukte verwacht worden en de vraag was of de triatleten in spé het parkeerterrein van het zwembad wel zouden kunnen bereiken.

“Is fhearr fheuchainn na bhith san duil” was hier van toepassing. Dat is een Schots gezegde, wat zoveel betekent als dat “It’s better to try than to hope”
Met andere woorden, ‘we zien wel of wij terecht kunnen, we proberen het gewoon’ en zo gingen de triatleten in spé om negen uur richting Fletiomare. Zij werden niet teleurgesteld. Er was geen politieauto te zien en het gehele terrein van Fletiomare was leeg, op wat voertuigen van vroege zwemmers na. Nadat alle fietsen in de bus van Dennis waren geladen, ging de triatleten richting het zwembad.

Transitie 1

De eerste transitie was begonnen. Van aankomst naar zwemmen. Tassen werden open geritst en een ieder zocht naar zijn eigen orde in de chaos. Een energiereep, nee, nu nog niet nodig die kan in de tas blijven, fietsschoenen..ook nog niet, een handdoek wel..niets vergeten? Verschillende kledingkluisjes werden volgepropt met meerdere tassen, en toen de kluisjes net dicht werden gedaan, bleek het zwembrilletje nog in de tas te zitten. Spullen weer uit de kluis, brilletje pakken, en spullen weer in de kluis. Geen probleem. Oh, een muntje van 50 cent..ook handig voor deze kluisjes. Waar is mijn portemonnee…

Nadat iedereen zijn spullen op orde had en de triatleten het zwembad binnenliepen in hun gloednieuwe trisuits, ontstonden er nieuwsgierige blikken van de andere bezoekers in het zwembad. Joop, de organisator van de training, gaf aan dat de triatleten twintig minuten de tijd hadden om 1 km te zwemmen, of in elk geval zo ver mogelijk te komen.
Omdat er ook zwemles bezig was voor kleine kinderen, was het zwemgedeelte slechts twee banen (een retourtje, een baan heen, een baan terug). Het was erg druk in het water en hier was eigenlijk trainingsmoment twee. Hoe om te gaan met een volle baan in het zwembad. Tijdens een echte triathlon zou het niet anders zijn want daar vecht men zich letterlijk een plek naar voren. Claim je ruimte.
Toen de klok tien uur sloeg hadden alle triatleten de kilometer aangetikt. Tevreden klom men uit het zwembad en toog naar de kledingkluisjes voor transitie twee.

Transitie 2

De orde die voor het zwemmen heerste in elke individuele tas, werd weer in chaos veranderd. Het moeilijkste van het geheel was bepalen wat slim was om aan te trekken. Het was wel zonnig buiten, maar ook zeer fris. De trisuits waren allemaal nog nat, wat niet bevorderlijk was voor het op temperatuur blijven en een ieder was voor zichzelf zoekende naar wat aan te trekken. De energiereep die net in de tas mocht blijven, kwam nu wel van pas en de fietsschoenen mochten ook buiten de tas blijven. Sokken aan. Sokken? Ok, die lagen nog thuis. Roeien met de riemen die je hebt. Zonder sokken dan maar.

Nadat een fotomomentje was gecreëerd en de organisator riep dat hij transities wilde oefenen en geen fotomomentjes, renden de triatleten verhit naar de auto van Dennis, om de fietsen te pakken. ‘Hier valt tijdswinst te behalen’, riep de organisator en een ieder deed nog harder zijn best om alle fietsspullen bij elkaar te rapen en klaar te staan voor de eerste van drie rondes acht kilometer fietsen. 

Het weer was de triatleten gunstig gezind. De zon scheen en zolang de wind in de rug bleef, werd het zelfs aangenaam op de fiets. Wel werden bepaalde onderdelen wat fris, omdat de trisuit toch nog wel wat nat was, maar dat mocht de pret niet drukken.
Zoals paarden nog wel eens de wind in de bol kunnen hebben, zo had één van de triatleten dat dit keer ook. Hij stapte op zijn fiets en weg was hij.

Voor sommige triatleten was dit de eerste keer op het Lint en zij waren aangenaam verrast door de route. Er waren heel erg veel mensen aan het sporten, van skaten tot hardlopen en van wandelen tot wielrennen. Ook schoot er nog een LbnK-collega op zijn skates voorbij, waarnaar vrolijk werd geroepen en gezwaaid.
De drie rondes verliepen redelijk soepel. Helaas was de wind ook vrij sterk aanwezig, wat een deel van de ronde wat zwaarder maakte. De afstand tussen de verschillende triatleten werd langzaam wat groter, dit moment werd gebruikt om uit te leggen hoe het werkt om in het wiel te rijden van je voorganger, wat het verschil kan betekenen tussen stuk gaan en overeind blijven.

Bij de derde ronde was het nog steeds droog en de snelheid lag nog steeds gemiddeld rond de 27km/u. De lucht werd echter dreigender, maar tot zover waren de triatleten allemaal blij dat zij droog de 24 kilometer hadden kunnen fietsen. Op naar transitie 3.

Transitie 3

Bij de auto werd dezelfde exercitie herhaald, fietsen in de auto, spullen er uit. Fietsschoenen uit, loopschoenen aan. Nog wat eten en wat drinken, zonder daarbij heel veel snelheid te verliezen.
Omdat het vrij koud was en de lucht inmiddels donkergrijs, hadden de triatleten iets meer haast om aan te vangen met het laatste onderdeel, acht kilometer lopen. Even werd nog gehoopt dat de regenwolken over zouden waaien, maar toen de laatste fiets in de bus was gezet barste het los. Het begon hard te regenen en het vrolijke zonnetje liet zich nergens meer zien.

Een aantal triatleten grepen naar hun pols, zette hun dwingende metertjes snel aan en weg waren zij. Twee triatleten waren nog even naar binnen bij het zwembad voor logistieke zaken en het opwarmen van een stugge achillespees. De triatleten zouden de groep toch wel weer inhalen, dus die extra minuten waren geen probleem. 
Het weer werd er niet beter op, want op het moment dat de overgebleven triatleten naar buiten stapten, begon het te hagelen. Wat moet dat moet, dus ook bij deze triatleten werden de metertjes aangezet en het Lint betreden voor het laatste onderdeel.

Onder het lopen werd het hele scenario door de weergoden getoond, van regen tot donkere lucht en wat stevige windvlagen, tot na tien minuten de zon weer door brak. Vanaf dat moment werd het weer comfortabel.

De zwabberbenen bleven uit en iedereen gaf aan best lekker te lopen. Misschien waren de benen iets zwaarder dan normaal en iedereen zei dat de voeten wel even warm gerend moesten worden.
Aan het einde van de acht kilometer voelde sommige triatleten wel wat stijfheid in hun spieren sluipen, maar de eindtijd gaf aan dat er ondanks het fietsonderdeel daarvoor toch goed was gelopen.

En zo waren de triatleten in spé een ervaring rijker en hadden zij voor het eerst kunnen proeven aan de opzet van een triathlon. Qua conditie was het voor een ieder goed te doen. Wel werd geconcludeerd dat er wat tijdswinst te behalen valt bij de transities.
Het idee werd geopperd om de sporttassen een volgende keer beter in te delen door drie kleinere tassen in de sporttas te doen, per onderdeel verdeeld.

De triatleten vonden het een geslaagde dag. Het was een super leuke ervaring, waarbij de leerdoelen zeker zijn gehaald. Op naar de volgende training.

Een ieder die de volgende keer mee wil doen is welkom. Dit kan ook per onderdeel. Hoe meer zielen, hoe meer vreugd!

Renata Merkus